<< Klik om de inhoudsopgave te tonen >> Navigatie: »Geen onderwerpen boven dit niveau« Modules Bijzondere Bijstand, O/I Aanvraag |
Vragen over de hersteltermijn stellen bij buiten behandeling stellen van de aanvraag
(38685)
Bij het buiten behandeling stellen van een aanvraag werd niet gevraagd naar de details van de daarvóór geboden hersteltermijn. Dit gebeurt nu wel en de antwoorden worden opgenomen in rapport en beschikking.
Voorvraag of er voldoende inlichtingen zijn verstrekt
(44603)
Deze vraag wordt nu ook in de module Bijzondere Bijstand gesteld en op dezelfde manier afgehandeld als in de module Levensonderhoud het geval is.
Dossiers met beëindigde periodieke bijzondere bijstand kunnen kiezen
(52436, 52445)
Met ingang van release 930 kan worden ingesteld, dat ook bestaande dossiers met beëindigde periodieke bijzondere bijstand in een casus moeten kunnen worden gekozen.
Voor deze instelling zijn er twee parameters van belang:
•Met parameter BB_UKDOS_BPBB_MOGELIJK = ‘J’ wordt ingesteld, dat ook dossiers met beëindigde periodieke bijzondere bijstand in een casus moeten kunnen worden gekozen.
•Met de diverse parameter BB_AA_MNDN_UKDOS_PBBB kan het aantal maanden, dat een periodiek dossier bijzondere bijstand mag zijn beëindigd om nog te worden gekozen, worden ingesteld: dossiers die eerder zijn beëindigd kunnen dan niet in een casus worden gekozen.
Bevat de parameter de waarde 0, dan is er geen beperking in de beëindigde dossiers periodiek bijzonder die mogen worden gekozen.
Aanvragen langdurigheidstoeslag ondersteunen bij het opschorten of intrekken van een aanvraag
(53300)
Ook aanvragen langdurigheidstoeslag kunnen m.i.v. deze release worden opgeschort of ingetrokken m.b.v. de module OI-Aanvraag.
Daarvoor dient in het werkproces van de aanvraag Langdurigheidstoeslag een fase aanwezig te zijn met de taak “PKO - Opschort. / intrekk. aanvraag WWB”, welke dient te worden opgestart.
Algemene toelichting in het rapport ook in de modules Bijzondere Bijstand en OI-Aanvraag
(61548, 61549)
Met ingang van deze release kan ook in de modules Bijzondere Bijstand en OI-Aanvraag een algemene toelichting worden gegeven die in het rapport verschijnt.
Leenbijstand in de beschikking
(61566, 61773, 64317)
Als er bijzondere bijstand in de vorm van een renteloze lening wordt verstrekt, worden m.i.v. deze release de gegevens over de aflossing ook in de beschikking vermeld. Tevens verschijnt dan bij de beschikking een bijlage met de voorwaarden die aan de verstrekking van leenbijstand zijn verbonden.
Passage in de beschikking (tekstgroep Beschikking -> RL):
Renteloze lening U ontvangt uw uitkering in de vorm van een renteloze lening. De reden daarvoor is dat •er redelijkerwijs kan worden aangenomen, dat u op korte termijn over voldoende middelen zult beschikken om over de betreffende periode in de noodzakelijke kosten van het bestaan te voorzien •de aanvraag een door u te betalen waarborgsom betreft.
De hoogte van de renteloze lening is gelijk aan het bedrag van de uitkering en bedraagt € 736,54. U dient de lening af te lossen in 12 maandelijkse termijnen met ingang van 1 januari 2009. Het aflossingsbedrag is vastgesteld op het voor u als alleenstaande ouder geldende normbedrag van € 49,92 per maand.
De aflossing vindt plaats door middel van acceptgiro. Op de renteloze lening zijn onze voorwaarden voor terugbetaling van leenbijstand van toepassing. U vindt deze voorwaarden als bijlage bij deze beschikking. |
Standaard tekst met voorwaarden voor leenbijstand (Tekstblok Beschikking -> BIJLAG -> RL):
Voorwaarden terugbetaling leenbijstand
De aan u verstrekte renteloze lening dient in zijn geheel te worden terugbetaald in het in de beschikking genoemde aantal termijnen, door inhouding of betaling van het in de beschikking genoemde aflossingsbedrag, maandelijks en met ingang van de vermelde ingangsdatum van aflossing.
Als de terugbetaling niet door ons wordt ingehouden op een aan u toegekende uitkering, maar door u zelf wordt betaald, eventueel door afgifte van een machtiging tot betaling, bent u ook zelf verantwoordelijk voor een tijdige betaling van het volledige termijnbedrag.
Bij gebreke van tijdige betaling van de genoemde aflossingen zal zonder nadere waarschuwing tot dwanginvordering van het verschuldigde bedrag worden overgegaan, overeenkomstig de bepalingen van artikel 60 WWB. Dat bedrag kan door ons worden verhoogd met de kosten van invordering. Dit betekent dat, indien u op enig moment niet voldoet aan voornoemde terugbetalingsregeling, het door u (nog verschuldigde bedrag op de volgende wijze(n) door of namens ons zal worden geïnd: •door verrekening met de aan u toegekende bijstand; •door verrekening met de bijstand die u van een andere gemeente ontvangt; •door verrekening met een uitkering die u van een ander uitvoeringsorgaan ontvangt; •door het leggen van beslag op uw inkomen en/of goederen, •door het leggen van vereenvoudigd derdenbeslag op uw loon of periodieke uitkering.
U dient te aanvaarden, dat de schuld of het resterende gedeelte ervan geheel opvorderbaar zal zijn zonder voorafgaande ingebrekestelling: •indien de geldlening niet aangewend wordt voor de daaraan gegeven bestemming; •indien enige termijn van aflossing niet binnen de gestelde periode betaald wordt; •indien aanwijzingen niet of niet voldoende opgevolgd worden; •indien u voornemens bent zich in het buitenland te vestigen; •indien beslag wordt gelegd op u toebehorende goederen; •indien u surseance van betaling wordt verleend of u in staat van faillissement wordt verklaard, •indien u overleden bent. Ook dient u te aanvaarden, dat wij de invordering aan een derde partij overlaten, die deze namens ons uitvoert. |
Normbedrag in GWS toepassen
(66349)
Als er geen sprake is van genormeerde kosten volgens de eigen beleidstabel met bijzondere kostensoorten maar wel van een genormeerde component in GWS, dan wordt m.i.v. deze release de vraag gesteld, of het in GWS vastgelegde normbedrag moet worden gehanteerd.
Is het antwoord bevestigend, dan zal de component zonder bedrag in het uitkeringsdossier worden geplaatst, zodat bij uitbetaling het normbedrag zal worden uitgekeerd. Anders wordt de component weggeschreven met het bedrag van de kosten in het bedragveld.
Leefgeld toepassen bij aanvragen bijzondere bijstand
(69499)
Met ingang van deze release is het mogelijk om de vrijlating van leefgeld ook bij de vermogenstoets bij een aanvraag bijzondere bijstand toe te passen op dezelfde manier als bij een aanvraag voor de kosten van levensonderhoud. Om dit te bereiken dient de parameter BB_VRIJL_LEEFGELD_JN de waarde ‘J’ te hebben. De wijze waarop de vrijlating voor leefgeld wordt vastgesteld is afhankelijk van de reeds bestaande parameters die ook bij aanvragen van bijstand voor levensonderhoud worden toegepast.
Om het leefgeld te kunnen berekenen zijn de vragen over de toepasselijke bijstandsnorm verplaatst en worden deze vóór de behandeling van het onderwerp vermogen gesteld.
Na de vragen over de toepasselijke bijstandsnorm wordt het onderwerp vermogen behandeld, waarbij afhankelijk van de beleidsinstellingen rekening gehouden wordt met een vrijlating voor leefgeld.
Niet verspreide parameters langdurigheidstoeslag bij patch PKO 911
Bij het opleveren van de aangepaste module Langdurigheidstoeslag in patch PKO 911 zijn de volgende parameters per abuis niet verspreid:
Parameter |
Omschrijving |
Default waarde |
---|---|---|
Parameters |
||
LDT_GRSL_NORMPERC |
Bij 'BEDR' wordt de langdurigheidstoeslag vastgesteld op het voor de inkomenscategorie geldende percentage van het normbedrag langdurigheidstoeslag voor de betreffende leefvorm; bij 'NORM' wordt de langdurigheidstoeslag vastgesteld op het voor de inkomenscategorie geldende percentage van de bijstandsnorm van belanghebbende; bij 'NVT' is de langdurigheidstoeslag voor alle inkomenscategorieën gelijk aan het normbedrag langdurigheidstoeslag voor de betreffende leefvorm. |
‘NVT’ |
LDT_INSPANNING_ARBEID |
Omschrijving van het voldoen aan de vereiste inspanning tot arbeidsinschakeling |
‘ ’ (spatie) |
LDT_INSP_ARB_VRAGEN_JN |
Bij 'J' wordt de vraag gesteld, of door belanghebbende(n) voldoende is getracht om algemeen geaccepteerde arbeid te verkrijgen en te behouden, bij 'N' wordt deze vraag niet gesteld. |
‘N’ |
LDT_TOE_UITZ_INKVERBETER |
Toelichting bij de vraag naar uitzicht op inkomensverbetering. |
‘Er is sprake van uitzicht op inkomensverbetering, als de omstandigheden van belanghebbende zodanig zijn, dat binnen afzienbare termijn een inkomen boven het sociaal minimum mag worden verwacht, bijvoorbeeld als deze een studie of opleiding volgt.’ |
Diversen |
||
LDT_AA_MNDN_LANGDURIG |
Aantal maanden, waarbij sprake is van langdurigheid met betrekking tot een laag inkomen. |
36 |
LDT_PP_VERH_BIJSTNORM |
Percentage van de bijstandsnorm waarboven er geen sprake meer is van een laag inkomen. |
110 |
Deze parameters zijn nu alsnog verspreid en komen daarmee tevens beschikbaar voor onderhoud door middel van de Kluwer Parameterapplicatie.