<< Klik om de inhoudsopgave te tonen >> Navigatie:  »Geen onderwerpen boven dit niveau« Module Levensonderhoud en WIJ

 

Wegens herzien beleid (gemeente Venlo) is de melding opnieuw opgepakt. De aanpassingen betreffen:

•Doorbetalen woonkosten (door ex-partner): verlaging met genormeerde component (normhuur) wordt weggeschreven in de 03-kolom

•Doorbetalen woonkosten + woonlasten wordt toeslag van 2%, weggeschreven naar de 02-kolom

•Geen woonkosten (krakers) met woonLASTEN (energie / gemeentelijke lasten): verlaging met genormeerde component (normhuur) wordt weggeschreven in de 03-kolom

•Geen woonkosten (krakers) zonder woonLASTEN (energie / gemeentelijke lasten): wordt toeslag van 2%, weggeschreven naar de 02-kolom

•Huisvesting: zonder vaste woon- of verblijfplaats (alleenstaande of alleenstaande ouder): wordt toeslag van 2%, weggeschreven naar de 02-kolom

•Huisvesting: zonder vaste woon- of verblijfplaats (gehuwd / samenwonenden): wordt verlaging van 18%, weggeschreven naar de 03-kolom

 

 

Applicatiebeheer

De relevante tabellen moeten hiertoe als volgt zijn ingericht:

 

Nieuwe waarde parameter LOH_SZTK_GWK_02_KOLOM (t.b.v. gemeente Venlo), nl. waarde ‘G’

 

Bij waarde 'G' geldt eveneens bovenstaande, maar hierop wordt een uitzondering gemaakt voor de verlaging ter hoogte van de normhuur (in samenhang met parameter LOH_WDL_GWK_GEEN_WOONLAST = 'D').

Zodat dus:

 

 

Overige Parameters voor dit onderwerp:

 

 

 

 

 

Integratiekode ‘TOE’:

 

 

 

 

Geformuleerd in “Vragen eigen beleid”:

 

 

 

 

 

 

In PKO Release 1110 is het hoofdstuk “Woonkostentoeslag” in de aanvraag “WIJ Inkomensvoorziening” afgesloten.

De reden hiervoor was dat er op dat moment het idee bestond dat in het WIJ-dossier alleen belaste componenten periodieke bijstand (Verhoging inrichtingsnorm + Aanvullende Bijstand Jongeren) mochten worden toegevoegd.

Woonkostentoeslag zou dan voor WIJ-ers met PKO Bijzondere Bijstand (Cliëntgroep Werkbeheersing met indicatie PKO “ABPHL”  kunnen worden aangevraagd.

 

Hiermee was PKO-melding van Leeuwarden (Centric wijzigingsnr. 2075920 / Kluwernr. 117.956) opgelost.

 

Volgens de PKO-expertgroep d.d. 12-01-2011 geeft het toevoegen van een Woonkostentoeslag in het WIJ-dossier geen enkel probleem meer op (ook al is het een onbelaste component).

 

Om toch nog steeds voor de WIJ de keuze mogelijk te maken om de woonkostentoeslag enkel met PKO Bijzondere Bijstand uit te voeren is parameter LOH_TOES_WOONKOSTEN_JN gesplitst.

 

Applicatiebeheer

Parameter LOH_TOES_WOONKOSTEN_JN gesplitst:

•Bij 'J' wordt bezien of recht bestaat op een woonkostentoeslag.

•Bij 'V' wordt gevraagd of de gebruiker wel of geen wkt wil berekenen.

•Bij 'N' wordt geen aandacht besteed aan wkt.

 

N.B. De parameter werkt alleen bij een aanvraag.

 

Als ook gebruik wordt gemaakt van PKO voor de WIJ, kunnen 2 verschillende waarden worden opgegeven, gescheiden door een "#". De eerste waarde geldt dan voor de WWB. De waarde die op het "#" volgt geldt voor de WIJ. (bijvoorbeeld: 'J#N')

Als voor beide modules de waarde gelijk is, is het opgeven van 1 waarde (zonder # dus) voldoende. (Bijvoorbeeld gewoon: 'N').

 

 

Gerelateerd aan de vorige melding (“Geen mogelijkheid om woonkosten toe te kennen bij combinatie WWB - WIJ cliënten”) zijn bovenstaande 4 meldingen.

In patch 1111 was de Woonkostentoeslag per ongeluk niet alleen voor PKO WIJ, maar ook voor PKO Levensonderhoud uitgezet. (En was de Woonkostentoeslag dus alleen nog maar met PKO Bijzondere Bijstand te behandelen.

 

 

Applicatiebeheer

Met de in de vorige melding gesplitste parameter zijn dus weer alle daar genoemde opties toepasbaar.

 

 

 

Het was al mogelijk om voor 3 verschillende collectieve zorgverzekeraars het verzekeringsaanbod in PKO vast te leggen.

Daarnaast was ook mogelijk om doorbetalingen t.b.v. deze collectieve verzekeringen in GWS vast te leggen.

PKO ging er hierbij van uit dat ook als er afspraken met 3 collectieve zorgverzekeraars waren gemaakt er slechts één component voor de directe doorbetaling aan crediteur (met indicatie PKO ‘ZKV’) of voor de reservering in het crediteurendossier (met indicatie PKO ‘ZKV_R’ zou worden gebruikt.

 

Er bestond echter de behoefte om afspraken met 3 collectieve verzekeraars ook in 3 verschillende componenten vast te leggen.

Er bestond ook de behoefte om naast de directe doorbetaling en de reservering (kolom 23 in GWS) ook de inhouding (kolom 21 in GWS) hiertoe te gebruiken.

 

 

Applicatiebeheer

Onder parameters zijn de zorgverzekeraars aan de in GWS opgenomen zorgverzekeraars te koppelen:

 

 

Indicatie PKO “ZKV” is gekoppeld aan parameter ALG_ZORGVERZ_COLLECTIEF

Indicatie PKO “ZKV_2” is gekoppeld aan parameter ALG_ZORGVERZ_COLLECTIEF_2

Indicatie PKO “ZKV_3” is gekoppeld aan parameter ALG_ZORGVERZ_COLLECTIEF_3

 

Deze indicaties PKO worden gebruikt voor de inhouding (kolom 21) of de directe doorbetaling aan crediteur (kolom 23)

Voor de reservering t.b.v. het crediteurendossier wordt indicatie-PKO “ZKV_R” gebruikt.

 

Voor de automatisering van de inhoudingen/doorbetalingen middels PKO wordt parameter LOH_ZKF_COLL_EXTRA_VRAGEN op waarde ‘D’ gezet.

 

Daarnaast dient integratiekode ‘ZKV’ correct te zijn ingevuld:

 

Hiervoor is een nieuwe integratiecode gemaakt, de integratiekode ‘ZKV’

 

 

Hierin kan voor twee zorgverzekeraars waarmee collectieve afspraken gemaakt zijn het verzekeringsaanbod worden ingevoerd.

In PKO wordt vervolgens de basisverzekering automatisch getoond en worden de eventuele aanvullende verzekeringen uitgevraagd.

 

Bij code zorgverzekeraar moet de code worden ingevuld van de verzekeraar, bij verzekering de naam/omschrijving van de verzekering, bij maandpremie de relevante maandpremie en bij B/A moet worden aangegeven of het een aanvullende verzekering (A) of de basisverzekering is.

 

Voor de directe doorbetaling aan crediteur en de reservering t.b.v. het crediteurendossier moet tenslotte ook nog in het GWS-onderhoudsscherm “Onderhoud – crediteur” als indicatie PKO de code van de desbetreffende zorgverzekeraar worden opgenomen.

Bij inhoudingen op cliënt hoeft dit niet, daar er geen koppeling met een crediteur wordt gemaakt.

 

Bijvoorbeeld:

 

 

 

 

Bij de controle op het aantal categorieën in het hoofdstuk Afstemming werd geen onderscheid gemaakt tussen categorieën die voor de WWB of voor de WIJ relevant zijn. Dat leverde in een paar gemeenten problemen met de controle op, nadat de tabel Soort gedraging in GWS was uitgesplitst in regeling 00 en 22. Wanneer in de tabel MTR categorie 1 t/m 14 waren opgevoerd, en er voor de WWB slechts 8 gedragingen waren, waarvoor categorieën 1 t/m 8 relevant waren, dan leverde dat een probleem op bij de controle in PKO. De work-around hiervoor bestond eruit “dummy gedragingen” met bijbehorende PKO indicaties aan te maken, waaraan in GWS onder regeling 00 de categorieën 9 t/m 14 werden toegekend.

Door een wijziging in de controle zijn deze dummy gedragingen niet meer nodig. In de nieuwe situatie wordt op basis van de PKO indicaties die relevant zijn voor de WWB gecontroleerd welke categorieën in GWS onder regeling 00 zijn geregistreerd. De geregistreerde categorieën dienen ook opgenomen te zijn in de tabel MTR. Als dat laatste niet het geval is, zal er een controlemelding komen. Worden alle geregistreerde categorieën gevonden in de tabel MTR, dan is de inrichting in orde.

Hetzelfde geldt ook voor de WIJ en de categorieën die in GWS onder regeling 22 zijn geregistreerd.

 

Applicatiebeheer

Eventueel opgevoerde dummy-gedragingen in GWS onder Soort gedraging en onder Integratiekode-tabel GDR kunnen verwijderd worden.